Het was een mooie dag. Hij begon goed in huize Den Uijl met een verjaardagsontbijtje voor Roeliek. Nadat ik werkelijk geen sneetje brood meer kon zien, ben ik in de Bluesmobiel gestapt op weg naar Deventer. Daar keek ik naar uit. Een wedstrijdje is altijd leuk (en het werd ook een leuke wedstrijd) en het beloofde ook een beetje een reunietje voor AAC-ers te worden. Wesley Mulder doet tegenwoordig zijn dingetje in Deventer. Walter van Keulen doet dat ook en sinds kort heeft ook Rik Kroezen heeft ook zijn opwachting gemaakt bij Pickwick.
Pickwick 1 zou die middag spelen tegen ’t Gooi 2, en daar ken ik ook nog wel wat mensen.
Wel jammer dat ik zelf geblesseerd was, maar kijken naar je maatjes; altijd leuk.
Dat werd een beetje schamel. Ik was oud en versleten, maar ik bleek niet de enige. Met Wesley, Walter en Michel Harry bij ’t Gooi verzamelde zich een best wel indrukwekkend kneusjesbankje langs de kant van het veld van Deventer. Ooit, toen we nog fit en heel waren, had dat voor de meeste teams een leuke additie geweest.
Rik balde wel. Gelukkig niet tegen ons, maar in het eerste van Pickwick. Voor de AAC-ers die dit lezen; dat deed ie prima. Hij stond wel onder druk in de scrum, maar als je zag met wat voor een kollektie Batavieren Naarden was afgereisd naar Deventer, dan hoeft ie zich daar helemaal niet voor te schamen. Rik was mobiel en werkte zich een slag in de rondte. Althans in de eerste helft.
Of dat ook in de tweede helft nog zo was, dat weet ik niet, toen was ik weer op weg terug naar Hoksebarge voor verjaardagsfeestelijkheden.
Die eerste helft speelde ’t Gooi uitstekend dominant rugby waarbij steeds de kortste weg naar voren zocht. Da’s leuk rugby. Ik hoop dan ook dat menig speler van Enschede tijdens het bier drinken wel af en toe een blik op het veld heeft geworpen. Dit is het soort van rugby dat we ook met de Enschedese willen spelen.
Dan de wedstrijd. Wat daarvan te zeggen. Laat ik beginnen waar we zondag mee afsloten, want dat is belangrijk. We hebben goed gespeeld. De meeste spelers hebben zich helemaal de plumploris gewerkt en dat zien we graag. Het was niet goed genoeg natuurlijk, want we hebben verloren, terwijl we deze wedstrijd natuurlijk gewoon hadden moeten winnen. Niet omdat Pickwick zo slecht was. Helemaal niet. Pickwick heeft zich net als ons een slag in de rondte gewerkt en het was dan ook een bijzonder leuke wedstrijd om naar te kijken.
Het was lekker weer. Dat helpt altijd.
Er waren leuke dingetjes te zien en er werd echt rugby gespeeld. Zeker ook wij hebben goed rugby gespeeld. Dat is positief.
Laat ik verder gaan met ons zwakste punt, dan hebben we dat alvast achter de rug en dan is verder lezen in ieder geval leuker.
Ons zwakste punt was zonder twijfel de back three. Niet zozeer aanvallend. Met name de wings ondersteunde de aanvallen uitstekend. Leverden afspeelmogelijkheden en zorgden er voor dat de verdediging daardoor zich niet kon koncentreren op de doorbrekende centers bij onze aanvallen. Een aantal dingen waarop we hebben getraind werden ook goed uitgevoerd (we kwamen niet aan alles toe, maar voor ook dat alles is een tijd). Allemaal positief. Alleen hebben we ook getraind op het verwerken van diepe kicks en nou juist dat werd bij tijd en wijlen een onvoorstelbare puinhoop. We lieten de bal stuiteren (dat kan echt niet) en het leek wel alsof er een beetje angst was bij het opeisen van de bal.
Mij lijkt dat er niets mooier is om een diep geschopte bal te ontvangen. Een gratis bal met plenty ruimte voor je om die bal eens zo hard mogelijk terug te rennen. Lijkt mij een zaak van puur genot. Om de één of andere reden, ontbrak die lust volkomen. Daarmee gaven we Pickwick, die in een flyhalf een prima schopper voor ruimte hadden, een mogelijkheid om onder de druk uit te komen die we in de tweede helft wisten uit te oefenen op de trylijn van Pickwick.
Ik schreef wel “om de één of ander reden”, maar dat is flauwekul. De reden was klaar en duidelijk zichtbaar. Bij twee man is dat een stukje gebrek aan ervaring, maar dat wordt beter met trainen en spelen. De mannen trainen en spelen, dus dat komt wel goed. Daarnaast was er nog een stukje gebrek aan ervaring, maar dan vooral in trainingstijd en ik heb goede hoop dat ook dat nog wel goed komt. Niets mooier dan problemen waarvoor de oplossing klaar ligt,.
We hebben het er dus niet meer over en we gaan over naar de positieve punten.
Voor de wedstrijd kwam de scheidsrechter naar ons toe en drukte ons op het hart dat de tackler onmiddellijk diende weg te rollen nadat de tackle gemaakt was. Ik was daar blij mee; daar hebben we immers op getraind. En zo willen we ook rugby spelen. Ik bedankte de scheidsrechter dan ook uitvoerig voor dit aandachtspunt en was enorm trots dat we hiervoor ook geen enkel penalty tegen hebben gehad. Dikke pluim!
Helaas kreeg ook Pickwick geen enkele penalty tegen. Daar was ik dan wat minder positief over. Ik neem aan dat het allemaal een beetje moeilijk te zien was vanuit bepaalde gezichtshoeken en een scheidsrechter kan nu eenmaal ook niet alles zien wat er gebeurd op het veld. Maar het maakte het voor ons wel bijzonder lastig om de bal snel vrij te maken in de ruck. Dat was jammer, want iedere keer dat we de bal snel wisten te winnen op de grond waren we ook gelijk levensgevaarlijk.
Ons middenveld was top. Iedere snel gewonnen bal leidde tot diepe penetratie bij de centers (goed ondersteund door, zoals ik als schreef, onze wings). Zeker in de tweede helft hadden we het beste van het spel en was ik vol vertrouwen dat het allemaal nog wel goed zou komen.
Dat is ook de reden waarom ik zei na de wedstrijd dat ik niet zou weten hoe we de wedstrijd wel hadden kunnen winnen. Dat is natuurlijk niet waar; als we de rucks sneller met meer mensen hadden weten te winnen, dan hadden we deze wedstrijd op glansrijke wijze gewonnen. Maar als wij de fysieke vermogens zouden hebben om sneller meer mensen bij de rucks te krijgen, dan zouden we niet in de derde klasse spelen. Dus dat is geen reëel argument.
Laten we wel zijn; dit is niet de reden waarom we de wedstrijd hebben verloren. Het is de reden waarom we de wedstrijd niet hebben gewonnen. Dat is iets heel anders! De scheidsrechter floot verder een prima wedstrijd; hij was niet partijdig en dat is het belangrijkste dat ie moet zijn. Hij zag plenty wel en poogde om zo lang mogelijk voordeel te geven en zo in ieder geval de fundamenten te leggen voor een leuke wedstrijd.
De botttom-line is dat scheidsrechters ongeveer zo goed zijn als de spelers en laten we wel zijn we spelen nou niet precies op het laagste nivo dat er in de wereld te krijgen is kwa rugby. Maar bij het derde van AAC Rugby claimden we altijd, met goed recht, dat we speelden in de laagste klasse westelijk van de Himalaya (hoewel de tweede klasse Kathmandu een geduchte konkurent is), en wij spelen precies één nivootje hoger. Het is dan ook enigszins irreëel om te verwachten dat de scheidsrechters dan wel van het nivo Zeslandentoernooi zouden zijn.
We verloren omdat Pickwick een uitstekende flyhalf hadden. Een gehaaide vos die een fraaie strakke pass kon geven over meer dan 20 meter en zijn mensen op precies het juiste moment in de gaten van onze verdediging wist te lanceren. Dat zijn van die parels die een genot zijn om naar te kijken en weer geldt dat dat enorm bijdroeg aan deze leuke pot. Voor de neutrale toeschouwer althans, en de liefhebber, en natuurlijk de supporters van Pickwick.
De vrije hand van deze balkunstenaar werd geholpen door het feit dat onze scrumhalf vrij vroeg in de wedstrijd uitviel en we een flanker moesten opofferen. In de rust hebben we dat punt even doorgesproken en in de tweede helft wisten we het de man ook een stuk moeilijker te maken, al had ie nog wel een paar fraaie momenten. De al eerder beschreven kicks natuurlijk en een moment van magistrale schoonheid waarin hij tegen de loop van de aanval in een pass wist te geven over een goede 30 meter naar zijn center aan de ander kant van de breakdown. Prachtig! Weer zoiets dat enorm bijdroeg aan deze leuke pot. Voor de neutrale toeschouwer althans, en de liefhebber, en natuurlijk de supporters van Pickwick.
D’r waren veel meer positieve punten; de scrum settelde zich netjes na wat inleidende beschietingen in de eerste helft en werd een goed platform om vanaf te kunnen aanvallen. De line-out liep prima. Niet uitstekend, maar rekening houdend dat we gebruik moesten maken van een vierde primaire springer in evenzoveel wedstrijden, prima. De rucks in de backs waren heel goed. Weer iets waar we op hebben getraind en wat te zien was op het feit. Het wordt misschien een beetje eentonig voor de mensen die, laten we zeggen wat minder trainingsuren hebben gemaakt dit seizoen, maar het is nu eenmaal zo dat trainen niet alleen wordt gedaan omdat het zo’n leuke bezigheidstherapie is. We wonnen de bal vaak rap in de backs en konden met zo’n snelle bal gelijk leuke dingen doen.
Gek genoeg waren de rucks in de voorwaartsen vaak een stuk lastiger. We wonnen de bal wel, maar het was vaak veel te traag en hadden er veel te veel mensen voor nodig. Dat had grotendeels te maken een het al eerder aangestipte ongemakje. Ik moet hier de scheidsrechter een komplimentje maken; juist bij langzame rucks wil het nog wel eens gebeuren dat mensen de bal op de grond gaan handlen, maar daar was de goede man bijzonder streng op. We moeten misschien gewoon wat avontuurlijker zijn in en rond de rucks. Weer iets waar we afgelopen donderdag op hebben getraind. Als je er niet bij was; jammer… maar het is nu eenmaal zo dat trainen niet alleen wordt gedaan omdat het zo’n leuke bezigheidstherapie is.
Laten we bovenal onthouden al wat zo positief was aan deze wedstrijd. En dat was echt plenty. Meer en meer komen we tot een speelwijze die het leuk maakt om rugby te spelen. En daar gaat het uiteindelijk om; lekker buiten spelen met je vriendjes.
Ik schreef dat ik het enige negatieve puntje als eerste zou worden behandeld, maar dat heb ik gelogen. Ik ga er mee eindigen.
Op een gegeven moment in de tweede helft viel er een klapje. Eén van de front five van Pickwick gaf Kid een poffertje. Niets om je druk om te maken; daar kan Kid best tegen. Maar het mag nou eenmaal niet en de scheidsrechter stuurde de man naar de kant. Het was niet helemaal duidelijk of dat nou geel of rood was, maar ik dacht zelf: “even lekker vijf minuten afkoelen en hup weer het veld in.” Ik heb eigenlijk geen idee of de kwajongen nog terug is gekomen, maar een front five speler die bij gebrek aan elokwentie zich denkt te moeten redden met een bitchslap… ach ja.
Ik heb me wel helemaal de blauwe banaan geërgerd aan de nummer zeven van Pickwick. Een onaangenaam gedrocht dat fysiek een grote gelijkenis vertoonde met Gollem uit de Ban van de Ring. En kwa gedrag was het nog veel erger. Dit stuk uitschot vond het nodig om te pas en te onpas (en eigenlijk is er alleen maar een onpas in deze) te schoppen en te stampen op spelers van ERC’69. Nogal dapper om een klompendans uit te voeren op ledematen, ruggen en hoofden van mensen die zich niet kunnen verdedigen of beschermen omdat ze vast liggen op de grond. Lagen die spelers op de bal? Nee! Zelfs dat zielige exkuus was niet voor handen. Eigenlijk gedroeg dit opgewonden standje zich als één van die pubers waarover je in de pers de terechte schandpalerij leest. Zo’n figuur waarvan je denkt: “dat de politie daar niets aan doet?” En als het ’s-avonds voor de kroeg krimineel gedrag is, dan is dat het ook op het rugbyveld.
Laat ik er nog even een positieve draai aan geven. Laat ik aannemen dat dit gedrag voortkomt uit een brandend verlangen om tapdanser te worden. Of anders om op een dag te worden ontdekt door Michael Flatley voor zijn spektakulaire dansgezelschap. Laat ik hier de diepe en vurige wens uitspreken dat dat ontdekken zo snel mogelijk gaat plaatsvinden. Ik hoop dat hij zo snel mogelijk zijn opwachting gaat maken in de zondagmiddagvoorstellingen in de schouwburgen van Europa. Het zou fijn zijn voor deze jongeman en helemaal voor de Derde Klasse Noordoost.
Einduitslag 27-21.
Nick.